Suikerziekte (Vakblad Dierenhulpverlening)
Suikerziekte (=diabetes mellitus) is een nare en slopende ziekte die helaas ook bij honden en katten voorkomt. Als een dier suikerziekte heeft, dan zijn er twee opties vind ik; behandelen of in laten slapen. Een dier met suikerziekte dat niet behandeld wordt, lijdt ernstig en zal op een nare manier aan zijn of haar einde komen. Maar gelukkig is suikerziekte vaak goed te behandelen en kan het zelfs weer verdwijnen na een tijdje. Ik neem je graag mee in de wereld van ons bloedsuiker.
Glucose
Ons bloedsuiker is glucose, een goede energieleverancier voor het lichaam en de enige brandstof voor ons zenuwstelsel en de rode bloedcellen. Na een maaltijd zal het glucosegehalte in het bloed stijgen, en als de glucose verbruikt of opgeslagen is, zal het glucosegehalte weer dalen. Om alle lichaamsprocessen goed te laten verlopen, moet de glucosewaarde in het bloed grofweg tussen de 4 en 8 mmol/L zijn. Als de waarde te laag wordt, zal het lichaam glucagon afgeven om glucose vrij te maken uit de opslag ervan in de lever en spieren. Als de glucosewaarde te hoog wordt, dan geeft het lichaam insuline af, dat zorgt ervoor dat de waarde weer daalt.
Bij suikerziekte is er te weinig insuline, of het lichaam reageert niet meer goed op de insuline, dan wordt de glucosewaarde in het bloed te hoog. Als deze boven de 15 mmol/L komt, kunnen de nieren de urine niet meer concentreren en dan wordt er heel veel geplast. Deze dieren plassen dus heel erg veel en de urine is waterig en er zit glucose in, om niet uit te drogen zullen deze dieren ook veel moeten drinken. Dat is vaak ook het eerste wat het baasje opvalt, dat hun dier meer drinkt (en meer plast), daarnaast zullen dieren met suikerziekte vaak flink afvallen.
Hond versus kat
Bij honden ontstaat suikerziekte meestal door de ziekte van Cushing (een andere hormonale aandoening) of door langdurige prednison of cortisol-gift. Als je er op tijd bij bent en de ziekte van Cushing goed behandeld wordt, of er wordt gestopt met prednison of cortisol-gift, dan kan de suikerziekte ook weer verdwijnen. Tot de suikerziekte verdwenen is, is het dan wel nodig om deze dieren te behandelen.
Bij katten zien we suikerziekte vaker bij katers dan bij poezen en komt type-2 diabetes voor, dit wordt veroorzaakt door (ernstig) overgewicht. Voor katten geldt ook dat als je er op tijd bij bent en ze gewicht verliezen dat de suikerziekte ook kan verdwijnen (=in regressie gaan).
Diagnose
Als een dier duidelijk meer gaat drinken (>10% lichaamsgewicht per dag), meer gaat plassen en evt. snel afvalt, dan zou dit door suikerziekte kunnen komen. Bij te dikke katten en honden die bijvoorbeeld tegen een allergie behandeld worden met prednison moet er ook op bedacht zijn dat hier suikerziekte kan ontstaan.
Als er glucose in de urine aangetroffen wordt, dat kan eenvoudig met een urinestripje, dan is het verstandig om de glucose en de fructose in het bloed te laten meten, is dat ook hoog, dan heb je helaas met suikerziekte te maken.
Behandeling
Er zijn medisch veel ontwikkelingen om suikerziekte te behandelen, maar bij dieren moeten we (voorlopig) nog 2x per dag insuline prikken. Omdat de suikerziekte in regressie kan gaan, maar helaas ook erger kan worden, is het van belang om het glucosegehalte in het bloed regelmatig te meten om zo de juiste hoeveelheid insuline te prikken. Er zijn prachtige glucosemeters die je op de huid van honden en katten kan plakken tegenwoordig en die een paar dagen meerdere metingen per dag doen. Je kan ook met een klein naaldje en een gewone glucosemeter meerdere keren op de dag een meting doen, maar dat is wat vervelender voor de hond of kat. Als het dier goed ingesteld is, is het verstandig om 1x per 10-14 dgn een dagcurve te maken. Je meet dan vanaf een paar uur na de insuline injectie elke uur de glucosewaarde, tot deze twee keer op rij gestegen is. Het is beter om deze metingen thuis en door het baasje te laten doen dan op een kliniek, dieren in een andere omgeving hebben altijd een beetje stress en daardoor is hun bloedsuiker wat hoger.
Spoed
Als het bloedsuiker te hoog is, is dit vervelend voor het dier en kunnen ze uitdrogen als ze geen drinkwater beschikbaar hebben, maar gelukkig is een te hoog bloedsuikergehalte op korte termijn niet levensbedreigend.
Een te laag bloedsuikergehalte (=hypo) is wél levensbedreigend; deze dieren worden sloom, zijn wankel en zullen vervolgens bewusteloos raken en overlijden. Gelukkig is dit vaak snel weer op lossen door glucose-poeder toe te dienen, dan zal de glucosewaarde wel weer te hoog worden maar het dier is uit levensgevaar. Glucose kan door het slijmvlies van de bek opgenomen worden, dus bij een bewusteloos dier kan het op het tandvlees gesmeerd worden. Glucosepoeder kan je bij een drogist kopen voor een paar euro (bijvoorbeeld Dextro Dextropur) en kan dus levens redden. Goed dus om glucosepoeder in een dierenambulance of EHBO kit te hebben liggen. Als een dier een hypo heeft (gehad) is het ook zaak om hem of haar verder te laten controleren en behandelen door een dierenarts.
Deze EHBO artikelen zijn geschreven door Piet voor het Vakblad Dierenhulpverlening van Stichting DierenLot, via deze link zijn de Vakbladen Dierenhulpverlening te lezen.